Bertrand Lejoly

Een collectie, vier stijlen

Productontwerper Bertrand Lejoly werkte jarenlang voor bekende architecten als Vincent van Duysen en Matteo Thun, maar inmiddels staat hij op eigen benen. Hij trapt af met een nieuwe collectie voor Duravit.
Rechte lijnen, geometrische vormen, een herkenbare opstaande rand. De elegantie die we kennen van Duravit, maar minder uitgesproken. In de basis iets voorzichtiger zelfs, maar wel leverbaar in vier uitgesproken stijlen. Met D-Neo kiest Duravit nadrukkelijk voor een nieuwe koers. Of eigenlijk is het meer een zijpad. Naast meer exclusieve collecties mikt het Duitse bedrijf op een breder publiek.
De collectie is ontworpen door de Belgische designer Bertrand Lejoly. Geen bekende naam en op het eerste gezicht een nieuwkomer. Maar schijn bedriegt. Voor hij een paar jaar geleden voor zichzelf begon, verdiende Lejoly zijn strepen bij twee gerenommeerde architectenbureaus. Eerst als senior designer voor Matteo Thun in Milaan, waarna hij de overstap maakte naar de Vlaamse architect Vincent van Duysen. Onder zijn vleugels gaf hij jarenlang leiding aan de afdeling productdesign. Lejoly was er verantwoordelijk voor uiteenlopende collecties en ontwierp onder meer voor Dada, Molteni&C, Flos en B&B Italia.

Omlijning 
Het eerste contact met Duravit ontstond toen Lejoly nog bij Matteo Thun werkte. Hij hielp bij de ontwikkeling van de collectie Durastyle. Het contact bleef en toen Lejoly een paar jaar geleden voor zichzelf begon, stelde Duravit voor om samen de D-Neo-collectie te ontwikkelen.
“De briefing was vrij duidelijk”, blikt de ontwerper terug. “Duravit wilde zich verbreden. Naast de meer exclusieve collecties moest er een aanspreekbaar, betaalbaar alternatief komen. De collectie moest de gebruikelijke elegantie van Duravit uitdragen, maar er qua prijs wat onder liggen. En omdat de collectie een breed publiek moet aanspreken, mocht het design niet te expressief zijn.”
“In mijn ontwerpen probeer ik altijd te spelen met het verleden of ons collectieve geheugen”, vervolgt de ontwerper. “Bij D-Neo komt dat terug in de rand van de wastafel, die is gebaseerd op de klassieke wastafels die bijna iedereen kent uit zijn jeugd. Het gaat om zo’n wasbak met van die typische ronde uitsparingen aan weerszijden van de kraan waar je zeep kunt neerleggen. Het bijzondere aan die wastafels is de aanwezige buitenrand. Die vormt een helder kader waarbinnen alles zich afspeelt. Een duidelijke omlijning.”

Familie 
“Dat heb ik als basis genomen, maar ik heb de klassieke wastafel wel een upgrade gegeven. Ik heb gekozen voor een relatief dun kader aan de buitenkant, vervolgens een binnenframe waar je zeepjes en accessoires kunt plaatsen, en tot slotte een kromming met een flauwe hoek zodat de kom subtiel wegvalt. Daardoor lijkt de binnenkant van de wastafel een beetje te verdwijnen.”
De waskom kreeg een bijpassende mengkraan en een eenvoudig meubel. Daarna volgde een tweede meubel met losse waskommen en later nog diverse baden, bidets en toiletten. Het voelt als één collectie, maar volgens de designer moet je dit niet overdrijven: “Ik begin een collectie altijd met het belangrijkste product. In dit geval de waskom. Dit stelt de kaders, maar vervolgens zoek ik niet heel scherp naar een link binnen zo’n collectie. Ik maak op zichzelf staande producten. Die verhouden zich op een bepaalde manier tot elkaar en dan ontstaat er vanzelf een familie.”
Samen met de marketingafdeling kwam hij overeen dat de collectie gemaakt zou worden in vier stijlen met eigen kleuren, materialen en sferen. Het gaat om de uitvoeringen ‘Pop’, ‘Boho’, ‘Monochrome’ en ‘Minimal’. De verschillende thema’s richten zich op verschillende menstypes. Zo mikt de stijl ‘Minimal’ op consumenten die behoefte hebben aan ‘een oase van rust om de overprikkeling van het moderne leven tegen te gaan’, terwijl de stijl ‘Boho’ is bedoeld voor jonge gezinnen die zich prettig voelen bij elegant Scandinavische design, maar tegelijkertijd behoefte hebben aan veel opbergruimte.

Twee werelden 
De stijlen worden in brochures en op websites een-op-een gekoppeld aan specifieke mensen en gezinnen. Daarmee krijgen de stijlen letterlijk een gezicht. Het is een opmerkelijke keuze, want in het verleden waren mensen schaars in brochures van Duravit. Maar als de geruchten kloppen zullen we in de nabije toekomst vaker personen tegenkomen in de marketinguitingen van het bedrijf.
“In totaal hebben we drie jaar aan D-Neo gewerkt”, vertelt Lejoly. “Dat is relatief lang. Maar in West-Europa worden collecties vaak volledig doordacht en getest voor ze worden goedgekeurd, zeker in Duitsland. Tegen de tijd dat producten naar buiten komen, zijn ze al bijna in productie. In een land als Italië is de benadering anders. Daar heb je die fijne designpassie. Design is daar meer een gevoel. Ik heb beide werelden van dichtbij meegemaakt en probeer ze te combineren.”
Ook het feit dat hij altijd voor architectenbureaus heeft gewerkt, heeft hem naar eigen zeggen beïnvloed: “Vincent van Duysen en Matteo Thun hebben me geleerd dat producten niet op zichzelf staan, maar zich bevinden in een ruimte en een relatie aangaan met andere producten. Een gevoel voor de omgeving. Als het goed is hebben alle productontwerpers dat in meer of mindere mate, maar als je zoals ik jarenlang voor architecten hebt gewerkt, dan wordt dat besef groter denk ik. Het wordt onderdeel van je benadering.”
Antwerpen Toen hij drie jaar geleden voor zichzelf begon, sprong hij niet gelijk in het diepe. De eerste jaren was hij nog parttime in dienst bij Van Duysen. Daardoor had hij de tijd om zijn eigen studio langzaam op te bouwen. Naast de D-Neo-collectie resulteerde dit tot nu toe in twee andere afgeronde projecten. Het gaat om een volledige outdoor-collectie voor het merk Vincent Sheppard en een Serax-collectie bestaande uit elegante accessoires die zowel in de keuken als in de badkamer gebruikt kunnen worden.
Pas sinds een jaar heeft hij de banden met zijn oude leermeester definitief verbroken en werkt hij fulltime voor zichzelf. Dat doet hij vanuit het centrum van Antwerpen, vlakbij zijn woning. Onlangs nam hij een productontwerper in dienst en daarmee gaat zijn bedrijf een nieuwe, spannende fase in. Al heeft Lejoly een duidelijk doel voor ogen: “In mijn vorige banen heb ik bijna alle producten al een keer ontworpen; meubels, badkamerproducten, keukenaccessoires, interieurs, lepels, verlichting, noem maar op. Maar altijd binnen de visie van iemand anders. Ik heb me voorgenomen om het hele scala nog een keer te ontwerpen, maar dan vanuit mijn eigen ideeën.”