designers

Gesa Hansen

Kleren uit, kleuren aan

Het is alweer twee jaar geleden dat Gesa Hansen voor Villeroy & Boch een opvallend kleurenpalet waskommen ontwierp. Binnenkort volgt de volgende stap, vertelt ze tijdens een interview in Parijs.

Het frisse groen van de lente, de stralende zomerzon, rosékleurige herfstbladeren en het heldere blauw van de winter. Twee jaar geleden vertaalde de Scandinavische ontwerpster Gesa Hansen de vier jaargetijden naar de badkamer. Voor Villeroy & Boch ontwierp ze een kleurenpalet van twaalf tinten. Voortaan waren de al langer bestaande baden en waskommen (waaronder Artis en Loop & Friends) ook in deze opvallende tinten leverbaar.
Nu werkt Gesa Hansen aan de volgende stap. De onderhandelingen zijn nog niet afgerond, dus ze kan er nog niet veel over vertellen, maar de waskommen en baden krijgen hoogstwaarschijnlijk nieuwe kleuren: “Als het aan mij ligt, wordt het nog kleurrijker. Het vorige palet was zacht. Ditmaal wordt het harder; donkergroen, bordeauxrood, navy blue. Het wordt wat meer dirty.”
En daar is volgens de ontwerpster behoefte aan: “Mensen trekken de meest kleurrijke kleren aan, maar durven het niet aan om muren te kleuren. Natuurlijk kun je je kleren uittrekken, maar een wand kun je ook overschilderen. Begrijp me goed, ik adviseer niemand om in een Pippi Langkous-huis te wonen. Maar juist de badkamer kan kleur gebruiken. Samen met het toilet zou dat de meest kleurrijke ruimte van het huis moeten zijn. Het zijn de laatste plekken in huis waar je je terug kunt trekken. Daar past geborgenheid en kleur kan daarbij helpen. En dat mag best extreem. Je bent vaak zo kort in deze ruimtes dat kleuren maar kort de tijd hebben om te imponeren.”
Haar achtergrond is bijna net zo kleurrijk als haar ideeën. De 37-jarige ontwerpster heeft Deense ­ouders, maar groeide op in Duitsland. Ze studeerde aan de Bauhaus Universiteit in Weimar, waarna ze stage liep bij de bekende architect Jean Nouvel in Parijs [over wie meer op pagina 32 e.v.]. Ze kreeg er een baan, maar toen haar relatie met een collega stukliep, wilde ze zo ver mogelijk bij hem uit de buurt zijn. Het werd Japan. Toen ze besefte dat ze daar niet kon aarden, keerde ze terug naar Frankrijk, waar ze nu samenwoont met de gastronoom Charles Compagnon.

Landhuis
Sinds kort woont het tweetal in een 19de-eeuws landhuis, in een klein dorpje tussen de bossen, buiten de stad. Maar eigenlijk is ze er alleen in het weekend. Doordeweeks reist Gesa voor haar werk door Europa of werkt ze in Parijs. Vaak blijft ze slapen in het appartement boven een van de restaurants van haar man. Ook het interview vindt plaats in dit restaurant, op vijf minuten loopafstand van het Gare du Nord. Nu ze tijdelijk zonder kantoor zit, is ze hier ook overdag vaak te vinden.

Dozen
“Ons nieuwe kantoor is nog niet af, dus we werken even vanuit dozen”, vertelt ze als de ober het bouillabaisse-schuim met croutons serveert.” Met ‘we’ bedoelt ze de Franse decorontwerpster Pascaline Feutry en de Japanse modeontwerpster Aï Bihr. De drie vrouwen hebben ieder hun eigen opdrachtgevers en projecten, maar als kantoorgenoten spreken ze alle concepten en moodboards samen door. Daarnaast heeft Gesa Hansen een interieurarchitect en een 3d-architect in dienst.
“Ik heb erg veel aan de input van Aï en Pascaline. Juist omdat we vanuit een andere discipline kijken, voeden we elkaar met originele ideeën. Maar ik bespreek alleen mijn interieurprojecten met ze. Mijn producten stel ik niet ter discussie. Op dat gebied ben ik zo zeker dat ik van niemand iets aanneem. Dat is echt mijn eigen ding.”
Ze doelt op haar ontwerpen in opdracht, maar ook op haar eigen meubel- en productlijn The Hansen Family, waarmee ze vanaf 2009 internationaal doorbrak. De banken, tafels, kasten en spiegels bestaan voornamelijk uit hout, nog altijd haar favoriete materiaal. Vaak zit er handwerk in. Gesa ontwerpt de producten, haar familie doet de rest.

Regels
“Het idee ontstond toen mijn vader failliet ging”, vertelt ze. “Mijn vader bewerkte staal en glas. Maar op een gegeven moment kon hij het niet winnen van de lage productiekosten in China. Toen hebben we dit verzonnen. Ik krijg een vast bedrag, maar het meeste geld gaat naar mijn vader, moeder en neefje die allemaal voor het bedrijf werken.”
“Wat en wanneer ik ontwerp voor The Hansen Family, bepaal ik zelf”, legt ze uit. “Tijdens etentjes vragen mijn ouders weleens om specifieke producten, maar om de een of andere reden komt dat er zelden van. Dat heeft ook iets moois. Er zijn geen regels, dus als ik me ertoe kan zetten om iets nieuws te ontwerpen, komt dat uit mezelf. Dat zorgt voor mooie dingen. Wat dat betreft was ons landhuis een zegen. Ineens had ik behoefte aan zó veel spullen… ik ben nog nooit zo productief geweest voor mijn eigen label.”
Aan het einde van het gesprek verklapt Hansen dat ze voor Villeroy & Boch werkt aan een badkamer die ­wederom belooft een kleurrijk geheel te worden, “maar het blijft vrij minimalistisch”, is alles wat ze erover wil zeggen.
Ook zal de badkamer gender-thematiek behandelen: “Ik ben aan het onderzoeken hoe verschillend mannen en vrouwen de badkamer ervaren. In mijn vriendenkring komen steeds dezelfde dingen terug. In tegenstelling tot vrouwen willen mannen wel technische snufjes, muziek en lichtopties. Maar hun wensen op het gebied van ­opbergruimte zijn gering. Vrouwen hebben wel behoefte aan opbergen en snappen niet hoe mannen het met zo weinig spullen kunnen doen. Maar wij vinden het dan weer veel belangrijker dat die spullen aan het zicht onttrokken kunnen worden. Niemand hoeft te weten waarmee ik mijn benen scheer.”
“Maar er zijn ook overeenkomsten”, vervolgt ze. “Zeker op het gebied van kleur bestaan er gemeenschappelijke delers. Al valt het wel op dat mannen bepaalde kleuren als hoofdkleur zien, terwijl vrouwen die kleurtoon eerder als een detailkleur beschouwen. Maar er is overlap. Uiteindelijk moet dit uitmonden in een badkamer die recht doet aan de overeenkomsten en verschillen tussen mannen en vrouwen. Maar meer mag ik er echt niet over zeggen.”