starchitecten

Winy Maas

Holistische ontwerpuitdaging

Winy Maas, architect, stedenbouwkundige en landschapsdesigner, is met zijn Rotterdamse bureau MVRDV mover en shaker op gebied van duurzaam denken en bouwen. Zijn denktank presenteerde de ‘Poreuze Stad’ (PoroCity, 2012/2018) om te verkennen hoe gebouwen en steden letterlijk kunnen worden opengebroken voor meer licht en lucht op de vierkante meter. De vergroening en stadsklimaatsverbetering die Maas nastreeft, slaan internationaal aan. Zuid-Korea loopt met hem weg door zijn Skygarden (Seoullo 7017), de groene ader die in de hoofdstad is aangelegd op een oud viaduct hoog boven het verkeer. Op dit bijna een kilometer lange stadspark worden nu meer groene verbindingen aangesloten. Taiwan liet hem een overbodig geworden winkelcentrum omzetten tot stadsoase, en bestelde een markthal met landbouwgrond (Tainan Market) op het welvende dak.
In Nederland coördineert hij Floriade 2022 en maakt met zijn partners op dit moment Valley, het drietorencomplex met gemengde functies aan de Amsterdamse Zuidas. Organische bouw, stedelijke projecten zoals vooral ook Frankrijk die van de Nederlandse architecten heeft omarmd. ‘Met meer toegang tot publieksgroen, privé groen en fantastische uitzichten’, zegt MVRDV. ‘Compacte bouw werkt alleen als er toegevoegde kwaliteiten zijn.’

De productie is enorm. Hoe de geest van toparchitect Winy Maas ongeveer moet functioneren, werd afgelopen zomer zichtbaar tijdens een interview met Dezeen Magazine. Het gesprek was onderdeel van het eerste Virtual Design Festival, gesponsord door Grohe en aangepast aan het ‘nieuwe normaal’: Maas werd als thuiswerker live ondervraagd via een videoverbinding. ‘Thuis’ was in dit geval niet Rotterdam, maar zijn stek in de Ardennen waar hij meteen na de lockdown heen moest voor reparatie: er was een koe over het dak gelopen van zijn half in het landschap ingebouwde huis. Geen onverwacht ontwerp van de architect die in 2000 al filosofeerde over ‘Pig City’: visionaire veeteelt in torenflats met diervriendelijke oplossingen. Maar vee op zijn eigen Ardenner dak zat niet in het ontwerp – die koe was gewoon van de buren.
Natuurlijk kwam tijdens het interview met Dezeen het lot van de aardbol ter sprake, met betrekking tot de pandemie maar ook tot de duurzame dadendrang van Maas. Hij had net zijn nieuwste ontwerpen toegelicht, en ideeën zoals zijn ‘Green Dip’ om wereldsteden de komende eeuw welig te dompelen in klimaatbeïnvloedend groen. Ook hoe schaduw te creëren in de Sahara, en regenwolken. Zijn uur was om. Ter afsluiting vroeg de journalist: ‘Moet de hele planeet eigenlijk niet opnieuw worden ontworpen?’ Winy Maas keek diep in de camera van zijn laptop, even schoten zijn ogen niet rusteloos heen en weer. Over het antwoord ‘Ja, zeer zeker’ hoefde de architect geen ­nanoseconde na te denken. Hij zag het duidelijk voor zich. Beter nog: hoe goed zou het niet zijn om méér planeten te maken en ze met elkaar te vergelijken om te kijken wat er nou het beste werkt. Wat het meeste bijdraagt tot management van onze overbevolkte planeet.
Dat management van landschap en ruimte moet kunnen bewijst Nederland al met bestaande wetten, gaf Maas – tevens hoogleraar – mee als overweging. Op de vraag of er nog ergens wel echte natuur overblijft, antwoordde hij: “De planeet managen is een zeer menselijke activiteit. Natuur managen is deel van onze urbanisatie”. Volgens hem kunnen de grote kwesties alleen worden opgelost door de wereld te zien als een holistische ontwerp­uitdaging. Met zijn handen vormde hij een balletje. “Dit is de wereld. Alles wat we doen heeft een uitwerking op dit kwetsbare kunstwerk. We moeten op onze daden letten – zelfs het maken van wc’s heeft bij massaproductie invloed op die eenheid. Het kleinste tot het grootste beïnvloedt deze bal.”
Club van Rome Als jongen van negen raakte Winy Maas (Schijndel, 1959) al doordrongen van de bedreiging van het milieu. Hij deed huiswerk en de televisie stond aan. Zijn ouders keken naar het nieuws: de Club van Rome voorspelde het einde van de wereld. Geen godsdienstige onheilstijding, maar de conclusie van wetenschappers. De beelden en boodschap maakten diepe indruk op Winy. Hij besloot zelf iets te doen en begreep dat educatie de weg was. Zijn moeder kwam uit een gezin van zestien kinderen, had niet kunnen doorleren en was hulp in de huishouding. Zijn vader werkte als boekhouder maar was daar ontevreden over en begon met zijn vrouw een groenbedrijf. Winy, die met zijn broer in de zaak hielp, schikte bloemen en ontwierp op zijn dertiende al tuinen.
In die jaren ging bijna geen jongere uit hun dorp naar de universiteit. Maas zelf zou afstuderen als landschapsarchitect aan de Rijks Hogere School voor Tuin- en Landschapsinrichting (RHSTL, Boskoop) en daarna aan de Technische Universiteit Delft. Later bouwde hij midden in zijn oude dorp De Glazen Boerderij (2013): een uitvergrote versie van een Brabantse boerderij, een functioneel kunstwerk en architectonisch concept in Schijndel waarover tot in Japan wordt gepubliceerd.

Wapenfeiten
Maas richtte MVRDV in 1993 op in Rotterdam, samen met Jacob van Rijs en Nathalie de Vries, studiegenoten die net als hij drie jaar eerder in Delft waren afgestudeerd. Maas en Van Rijs werkten in de tussenliggende jaren onder meer voor de Office of Metropolitan Architecture (OMA) van Rem Koolhaas. Op de website vat MVRDV de missie nu samen met ‘Wereldwijd actief in het bieden van oplossingen voor hedendaagse architecturale en stedelijke vraagstukken’. En: ‘We create happy and adventurous places’. Hun werk heeft meer dan honderd onderscheidingen gekregen in binnen- en buitenland. Aan de ontwikkeling van honderden projecten in 47 landen dragen 250 architecten, ontwerpers en stedebouwkundigen bij.
Als voorbeeld van wat er alleen al in Nederland is opgeleverd noemt het bureau zelf het innovatieve bedrijventerrein Flight Forum (2005) en muziekcentrum De Effenaar (2005) in Eindhoven, in Amsterdam de Silodam (2003) en het Lloyd Hotel (2004), voor Ypenburg het plan voor huisvesting en stadsontwikkeling (2005), in Rotterdam de Markthal (2014) en de surrealistische dakopbouw van de Didden Village (2006), in Spijkenisse De Boekenberg (2012). Maar de lijst van in het oog lopende wapenfeiten is nog veel langer. Soms tijdelijke constructies, zoals De Trap (2016) in Rotterdam van het Stationsplein naar het dak van het Groothandelsgebouw. De trap met 180 treden werd neergezet ter viering van 75 jaar wederopbouw. Maas slingerde het publiek tijdens een presentatie nog veel meer trapontwerpen voor Rotterdam voor de voeten, en uitzichtpunten bovenop uit afval gebouwde bergen. Hij gaf toe dat zijn ideeën in het spanningsveld lagen tussen ‘branie en serieus’ (Archined, 2016). Bloedserieus, want trappen leiden naar boven: naar beschikbare ruimte voor ‘bovensteden’ waar ook bomen kunnen groeien en kinderen kunnen schommelen op dakterrassen.
Parallel aan de concrete uitvoering van projecten runt MVRDV met TU Delft het onderzoeksinstituut en denktank T?F, The Why Factory, ‘om door na te denken over de stad van de toekomst een agenda te bieden voor architectuur en stedelijke planning’.

WoCoZo
Maas begon in Nederland in 1997 met Villa VPRO in Hilversum, en WoZoCo als eerste wooncomplex van MVRDV in Amsterdam-Osdorp. Daar werd een spartaanse galerijflat onder handen genomen. Woningbouwvereniging Het Oosten had meer flats nodig voor senioren, maar in de Westelijke Tuinsteden naar ontwerp van Cornelis van Eesteren kon niet zomaar worden bijgebouwd zonder schending van de publieke ruimte. Als halve grap werd tijdens een eerste vergadering geopperd extra units tegen het gebouw te ‘lijmen’. De Rotterdamse architecten werkten dit uit en het resultaat was een voor die tijd spectaculair ontwerp met 13 ‘cantileverwoningen’, als uitschuifladen aan de noordkant van het gebouw.
Over wat MVRDV allemaal in het buitenland doet, noemt het bureau zelf het duurzame kantorencomplex Pushed Slab (2015) in de eerste eco-vriendelijke wijk van Parijs, in Madrid het iconische Mirador wooncomplex (2005, een ‘verticale buurt, een superblok’ en ‘een ontsnapping aan de claustrofobie en omringende uniformiteit’), in Japan het culturele centrum in Matsudai (2004) en het Gyre winkelcentrum (2007) in Tokio.
Ook de transformatie op dit moment van het Nederlandse Paviljoen 2000 Expo in Hannover. De oorspronkelijke versie viel onder het thema ‘Holland Creates Space’. ‘Het paviljoen stal toen de show,’ zegt MVRDV. ‘Voor een land dat wordt gedefinieerd door ruimtegebrek droeg het de bevrijdende boodschap uit dat natuur kunstmatig kan worden gecreëerd en verticaal kan worden gestapeld. Een ideaal presenterend van een gebouw als op zichzelf staand ecosysteem met ingebouwde natuur en opwekking van een eigen, interne kringloop.’ Het is een van de weinige gebouwen van Expo 2000 die Hannover liet staan. Het wordt nu gerenoveerd en uitgebreid met dakterrassen, kantoren en honderden studentenwoningen, met handhaving van het concept van het ‘gestapelde landschap’.

Kunstdepot
Lopende projecten zijn onder meer het eerste openbare Kunstdepot Boijmans van Beuningen (2021), voor de collectie die vrijwel volledig voor het publiek toegankelijk is. De grote glansbal weerspiegelt de skyline van Rotterdam, en heeft een bos op het dak met 75 beuken die begin dit jaar zijn geplant.
MVRDV noemt in de opsomming van lopende projecten verder multifunctionele hoogbouw in New York en ­Shenzhen. Voor die Chinese stad hebben de Rotterdamse architecten ook de Shenzhen Terraces ontworpen, een ‘driedimensionale urban living-room’ voor een universiteitswijk met verschillende functies op verschillende niveaus. Weer met klimaatbeheersing, weelderige beplanting en een vernuftig systeem dat schaduw creëert in de hitte, maar in het complex zit ook een heel busstation. Elders in China zetten de Rotterdammers al een woest welvende bibliotheek neer, de Tianjin Binhai Library (2017).
In ontwikkeling zijn visies voor de toekomst van de stedelijke agglomeraties in Parijs en Oslo, en voor de verdubbeling van Almere. In Spanje wordt gewerkt aan een masterplan voor een ecologisch duurzame stad in Logroño, in Frankrijk aan grootschalige stedelijke masterplannen in Caen en Bordeaux. De Franse wijnhoofdstad lag er na de hoogtijdagen van de gouden eeuw mismoedig bij en moest zich profileren omdat er steeds meer concurrentie kwam van wijnproducerende gebieden elders in de wereld. De afgelopen decennia is een grote inhaalslag gemaakt, de stad is nu beslist mooi en bekroond door het werk van grote architecten en de visie van burgemeester Alain Juppé.
Voor Bordeaux maakt MVRDV op 35 hectare Bastide Niel aan de overkant van de rivier Garonne, aansluitend bij het oude stadscentrum er pal tegenover. Het is een energieneutrale wijk met een duidelijk Nederlandse insteek: werkruimten, winkels, sociale woningbouw door elkaar. Natuurlijk ook met geavanceerde groenoplossingen. Het project, dat in 2025 voltooid moet zijn, is in betekenis voor Bordeaux te vergelijken met de Kop van Zuid in Rotterdam.
De Fransen hebben Winy Maas hoog zitten. Zijn bureau is al jaren actief in Frankrijk en oogstte veel publiciteit door een voorstel voor Grand Paris. Waar andere bureaus buiten het centrum dachten, kwamen de Rotterdammers ook hier met een concentratie binnen de bestaande stad. Niet nog meer nieuwe buitenwijken, maar de stad ‘plus petit’. De opdracht ging naar een ander, maar het idee sloeg aan en Bordeaux was voor Winy Maas. Van president Sarkozy kreeg hij de Légion d’Honneur, de hoogste Franse onderscheiding. Nederland, door MVRDV ook getrakteerd op ontwerp als Crystal Houses in de P.C. Hooftstraat en SeaSaw in Den Helder, maakte Winy Maas in 2015 Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.